Ervaar je dat jouw expat-collega of zakelijke relatie heel anders omgaat met tijd? Heb je het gevoel dat jouw boodschap niet duidelijk overkomt bij je internationale team? Valt het je op dat jouw collega’s uit andere culturen een afwachtende houding aannemen naar hun leidinggevende en vraag je je af: waarom tonen ze niet wat meer initiatief? Heel begrijpelijke als je samenwerkt met mensen uit verschillende culturen. Hoe voorkom je dat deze voorbeelden uitmonden in grote ergernissen?
Samenwerken is niet altijd makkelijk. Of het nou een grote organisatie betreft of een klein clubje, de kans dat iedereen hetzelfde denkt is nul. Er zijn altijd verschillen. De kunst is om in elk samenwerkingsverband goed met verschillende ideeën en standpunten om te gaan. Lukt dat niet, dan voelt de samenwerking als los zand en valt de boel uit elkaar. In deze blog lees je hoe je ervoor zorgt dat iedereen gehoord wordt en je gedoe voorkomt.
Samenwerken met Belgen wordt door Nederlanders vaak onderschat. De grote valkuil is dat we vaak denken dat Vlaanderen een soort extra provincie van Nederland is. De taal is hetzelfde, dus zal de rest ook min of meer hetzelfde zijn. Veel Nederlanders die zonder enige voorbereiding zaken gaan doen in België komen van een koude kermis thuis.
Dat komt omdat we ons niet bewust zijn van onze eigen culturele eigenschappen en vaak te weinig kennis hebben van de culturen waarmee we samenwerken. Dat leidt tot nogal wat vooroordelen.
De komende weken koppelen miljoenen Nederlanders hun caravan of vouwwagen achter de auto. De zomervakantie is begonnen en we sluiten massaal aan in de blikken rij op weg naar het Zuiden, want: daar is het toch anders ‘warm’ dan hier. Hoewel we tegenwoordig voor een prikkie een all-inclusive vliegvakantie kunnen boeken, blijft voor veel Nederlanders kamperen de favoriete manier van vakantie vieren. Waarom doen Nederlanders dat zo graag? En hoe wordt er in Frankrijk (dat in de top drie van fijnste vakantielanden staat) tegen de Nederlandse kampeergewoontes aangekeken?
Emoties rond ziekte en dood zijn universeel, evenals de behoefte aan eigen rituelen en gewoonten. Wel verschillen mensen in de wijze waarop zij een ziekte beleven, hun emoties uiten, communiceren en rituelen en gewoonten invullen. Wat betekent dat voor de zorg in Nederland met al die verschillende culturen?
Aan een Nederlandse Managing Director die tien jaar voor een internationaal bedrijf in Azië had gewerkt vroeg ik: “Waaraan moest je het meeste wennen bij je terugkomst in Nederland?” Daar hoefde hij niet lang over na te denken. “De vele regels en de overlegcultuur,” antwoordde hij. ”Pak de gemiddelde agenda van de gemiddelde manager in Nederland en je ziet dat een groot deel van de beschikbare tijd is ingedeeld met overleggen en vergaderingen. Het probleem is dat iedereen in Nederland een mening heeft en die mening ook mag verkondigen. Sterker nog: iedere mening wordt serieus genomen. Knopen worden zelden meteen doorgehakt. En iedere meeting eindigt met een nieuw overleg om te bepalen wanneer de volgende vergadering moet gaan plaatsvinden.”
De tompouce … onmogelijk om fatsoenlijk te eten, maar ongekend populair. Vooral met Koningsdag. Waar komt deze lekkernij vandaan, waarom eten we hem massaal op deze feestdag en wat is de beste manier om dit koningsgebak te eten?
De wereld is dynamisch, en met alle veranderingen verandert onze taal automatisch mee. Sinds the American way of life na de Tweede wereldoorlog een voorbeeld werd voor de rest van de wereld, met zijn muziek, film, literatuur en economie, hebben we er heel wat Engelse leenwoorden bijgekregen. Denk aan ‘privacy’, ‘understatement’ en ‘brainstormen’. Ook de komst van het internet, YouTube en sociale media zorgde – vooral bij de jeugd – voor verengelsing van het Nederlands, met woorden als ‘nice’, ‘chill’ en ‘shoppen’. Door de globalisering en internationalisering is bij veel internationale organisaties de voertaal inmiddels Engels, net als in het hoger onderwijs, de wetenschap en industriële wereld. Kortom, de Engelse taal is niet meer weg te denken uit ons dagelijkse leven. Tegelijkertijd baart de verengelsing veel Nederlanders zorgen: Slaan we niet een beetje door? En wanneer is het gebruik van Engelse woorden/taal nuttig en wanneer wordt het ergerlijk?
Hoewel onbewuste vooroordelen onderdeel zijn van ons mens-zijn – ze voorkomen dat onze hersenen te veel overprikkeld raken door de enorme informatie-overload – beperken ze ons. Ze zorgen voor blikvernauwing en kunnen zelfs schadelijk zijn als we er niets aan doen. Vooroordelen leiden er immers toe dat mensen niet meer individueel beoordeeld worden op wie ze zijn. Om inzicht te krijgen in hoe vooroordelen ontstaan moeten we onze identiteit verkennen en begrijpen welke factoren een rol spelen:
Nederland kent – evenals andere landen – veel subculturen. Die subculturen kun je indelen op basis van regio, stad of platteland, sociale klasse, leeftijd, geslacht, beroep, bedrijfscultuur en geloof. Daarnaast zijn er Nederlanders van wie de roots in een ander land liggen, zowel binnen als buiten Europa: Amerika, Duitsland, Marokko, Suriname, Spanje,Turkije etc. Uit welke (sub)cultuur je ook komt, voor iedereen gaat deze regel op: …
Hoewel Italianen de naam hebben – en er waarschijnlijk het meest over praten – zijn ze niet de grootste koffieleuten. Cappuccino drinken na 11.00 uur is in Italië over het algemeen not done. Welke landen domineren dan wel de jaarlijkse lijst van koffie consumerende landen? En wat zegt dat over de cultuur en hoe andere landen daar tegenaan kijken?
Toen de Turks-Nederlandse Hülya, dankzij haar Nederlandse (ex-)vriend, voor het eerst meemaakte, hoe Nederlandse families een verjaardag vieren, viel ze van de ene verbazing in de andere. Zo kwam ze in aanraking met een fenomeen dat zij nog niet kende: het ‘kringetje’ in de huiskamer.
Als ik tijdens mijn interculturele workshops aan een groep Nederlanders vraag: “Hoe ervaren jullie het als mensen vaak te laat komen?” dan liegen de reacties er meestal niet om: laatkomers zijn irritant, ze schoppen het schema door de war en ze houden geen rekening met degenen die op hen wachten. Te laat komen is ongepast en respectloos. Vaak worden laatkomers zelfs als onbetrouwbaar bestempeld: “Je kunt niet op ze rekenen.”
Het verschil in servicegerichtheid was één van de dingen die de Amerikaanse intercultureel coach Lisa Ross-Marcus opviel toen ze ruim 30 jaar geleden naar Nederland kwam: “Toen ik hier voor het eerst in een restaurant kwam, kon ik de reactie van het meisje dat ik wenkte gewoon niet geloven. Ze zei letterlijk: ‘Zie je niet dat ik bezig ben? ’” Volgens Lisa zijn er verschillende redenen waarom de servicegerichtheid in de Verenigde Staten anders is dan hier.
Dit blog gaat over de Nederlandse (zakelijke) cultuur en hoe die wordt ervaren door mensen (met roots) uit andere landen en culturen. Het hoofdstuk gaat dus niet over hoe of wie de ‘de Nederlander’ is. Cultuur gaat immers over hoe je de werkelijkheid waarneemt en niet over hoe de werkelijkheid is.
Iedere cultuur heeft een eigen gevoel voor humor, met eigen grappen en gevoeligheden. Grappen die mensen in het ene land doen schateren van het lachen, kunnen in een andere omgeving tot pijnlijke stiltes leiden. Bij cultuurverschillen in humor gaat het er vooral om wat wel en niet door de beugel kan. Zo kan humor volledig stuklopen op andere percepties over hiërarchie. Twee medewerkers die samen lachen om hun baas: dat kan in de meeste culturen nog wel – mits die baas er niet bij is. Als die baas echter de leider van een land is, of de koning of de koningin, dan is het in veel gevallen oppassen geblazen. Toch hebben alle culturen iets belangrijks gemeen als het om humor gaat.
We hebben ze allemaal: stereotypen en vooroordelen. De hele dag door is ons brein bezig met het structureren en benoemen van dingen, gebeurtenissen en levende wezens. Tegelijkertijd kloppen stereotypen vaak niet, en vellen we – overtuigd van ons eigen gelijk – regelmatig een oordeel over het gedrag van mensen om ons heen. Discriminatie komt in alle bevolkingsgroepen van de wereld voor; iedereen maakt zich ongewild en onbewust weleens schuldig aan racisme. Laten we daarom deze actuele thema’s eens onder de loep nemen: Wat zijn stereotypen? Hoe ontstaan vooroordelen? Wat is het verschil tussen discriminatie en racisme? En wat betekent de term ‘wit privilege’?
Hoewel cultuur relatief is, ieder land allerlei subculturen kent en onze persoonlijkheid niet alleen door cultuur wordt gevormd, kan het weldegelijk effectief zijn om jezelf onderstaande vragen te stellen, als je met verschillende culturen samenwerkt:
Toen ik als 20-jarige voor het eerst in Frankrijk ging werken – en later ook in Spanje, Italië en Oostenrijk, nam ik onbewust mee: mijn Nederlandse directheid, mijn hang naar gelijkheid (de baas is ook maar gewoon een mens) en de Nederlandse stiptheid. Ik wist toen niet: dat mijn directheid bot en arrogant over kon komen op mijn Franse collega’s; dat je respect moet tonen voor ‘de baas’; dat ‘tijd’ een ruimer begrip is in Frankrijk: later op een afspraak verschijnen is heel normaal. Hoewel ik het erg naar mijn zin had in het hotel waar ik werkte, merkte ik dat er soms misverstanden en wederzijds onbegrip ontstonden. Ik begreep niet waardoor dat kwam. Ik kon er niet mijn vinger opleggen.
Stel, je wordt uitgenodigd voor een verjaardag. Dan zijn we in Nederland over het algemeen vrij duidelijk in onze antwoorden. We zeggen bijvoorbeeld:“Bedankt voor de uitnodiging! Leuk, ik ben erbij.” of “Nee sorry, dat gaat me niet lukken. Misschien volgende keer.” of “Ik moet even overleggen, maar ik laat het je zo snel mogelijk weten.” Als we ons eigen feestje gaan voorbereiden, kunnen we dankzij deze duidelijke reacties van anderen vrij goed inschatten hoeveel mensen zullen komen en hoeveel boodschappen we moeten doen.